Geïnterneerde vrouwen: een uitgebreide profielomschrijving

Onderzoek
Leen Cappon, Criminoloog, PC. Sint-Jan Baptist, Zelzate & ScienceForCare

Opzet

PC Sint-Jan-Baptist is de enige medium-security eenheid in Vlaanderen die binnen haar forensisch zorgcircuit residentiële opnames aanbiedt aan vrouwen met een interneringsstatuut. Daarnaast is er ook een high-security afdeling voor vrouwen met een interneringsstatuut. PC Sint-Jan-Baptist streeft naar een genderspecifieke diagnostiek en behandeling om zo maximaal tegemoet te komen aan de noden van deze vrouwen. Hiertoe is een beter inzicht nodig in het profiel en de noden van deze doelgroep. Dit is het voorwerp van deze studie. 

Abstract

Ondanks het groeiende aantal vrouwen in de forensische psychiatrie, blijft onderzoek naar hun kenmerken beperkt en ontbreekt het momenteel in België. Het optimaliseren van de kennis over de kenmerken van deze vrouwen zal leiden tot een beter begrip van deze specifieke groep. Daarom heeft deze studie als doel inzicht te verkrijgen in de kenmerken van vrouwelijke forensisch psychiatrische patiënten in Vlaanderen, België.

Een dossierstudie wordt uitgevoerd in het forensisch psychiatrisch ziekenhuis Sint-Jan-Baptist in Zelzate, België. De dossiers van vrouwen met een interneringsstatuut die sinds 2006 worden opgenomen, werden geanalyseerd aan de hand van een checklist met sociaal-demografische, geestelijke gezondheidszorg- en delict gerelateerde kenmerken, evenals historische risicofactoren.

Een eerste analyse van 82 dossiers toonde aan dat vrouwelijke patiënten in hun jeugd en volwassenheid met een groot aantal negatieve ervaringen werden geconfronteerd, vaak de diagnose borderline persoonlijkheidsstoornis kregen en meestal een uitgebreide behandelgeschiedenis in de geestelijke gezondheidszorg hadden met veel vroegtijdige uitval. De meerderheid van de vrouwelijke patiënten had gewelddadige delicten gepleegd tegen familieleden.

Deze bevindingen komen overeen met die in andere rechtsgebieden en onderstrepen het belang van gender-sensitieve behandelingen. Een dergelijke behandeling zou trauma-geïnformeerde zorg, gender-sensitieve risicotaxatie en aangepaste versies van dialectische gedragstherapie en schemagerichte therapie moeten omvatten. Daarnaast zou de behandeling zich moeten richten op het doorbreken van de intergenerationele overdracht van geweld en geestelijke gezondheidsproblemen door in te zetten op opvoedingsvaardigheden.

Bijkomend is ook ingezet op het in kaart brengen van genderspecifieke verschillen. Hiervoor werd een retrospectieve dossieranalyse bij 92 vrouwelijke patiënten opgenomen in de medium-security van Sint-Jan-Baptist in Zelzate (België) over de periode 2006-2022. Elke vrouwelijke patiënt werd gematcht met een mannelijke tegenhanger op basis van geboortejaar en jaar van opname.

Een hogere prevalentie van slachtofferschap en borderline persoonlijkheidsstoornis bij vrouwen werd gevonden, terwijl mannen vaker gediagnosticeerd werden met een antisociale persoonlijkheidsstoornis en eerder veroordelingen hadden die leidden tot internering. 

Deze bevindingen wijzen op het belang van gender-responsief taxeren en behandelen. Bijkomend moet professionals inzicht hebben in de genderverschillen en opgeleid worden om op een adequate manier om te gaan met zowel mannen als vrouwen. Het voorzien in adequate opleiding voor zorgverleners, regelmatige interactie en intervisie tussen hulpverleners, toezicht en ondersteuning door managers kunnen allemaal een waardevolle rol spelen in het ontwikkelen van gender-responsieve behandeling. Onderzoek toont immers aan dat er substantiële verschillen zijn in gevoelens van personeel ten aanzien van vrouwelijke dan wel mannelijke patiënten. 
 

Kanttekeningen van de onderzoeker:
De dataverzameling bij de vrouwen die opgenomen worden binnen PC Sint-Jan-Baptist wordt voortgezet om een zo groot mogelijke dataset te realiseren. Bijkomend worden mannen met een interneringsstatuut gematcht aan deze vrouwen op basis van geboortejaar en opnamedatum. Op deze manier kunnen genderverschillen verder in kaart gebracht worden (cf. tweede publicatie).

Bijkomend zal in de komende tijd ook ingezet worden op transgender personen en hoe hun zorg verder vorm kan krijgen.

Betrokken voorziening(en)

Contact

Leen Cappon (https://scienceforcare.com/)
leen.cappon@janbaptist.broedersvanliefde.be

Publicaties

  • De Varé J, de Vogel V, de Decker A, Tremmery S, Uzieblo K & Cappon L. (2022). Women admitted to forensic psychiatry in Flanders (Belgium): who are they? The Journal of Forensic Practice, Vol. 24 (2) 184-198. https://doi.org/10.1108/JFP-10-2021-0053
     
  • Geusens B, Vander Beken T, Van Wallendael K & Cappon L (2024). Genderverschillen in de forensische psychiatrie: een dossierstudie in PC Sint-Jan-Baptist in Zelzate (Vlaanderen). PANOPTICON, 45(4):351–67.
Cappon

Datum

  • 2017

Hoofdcategorie

  • Forensische zorg

Thema's

  • Behandeling / therapie

Psychische problemen

  • diverse

Settings

  • Ziekenhuis / Residentiële zorg

Leeftijden

  • Volwassenen

Contact

Leen Cappon (https://scienceforcare.com/)
leen.cappon@janbaptist.broedersvanliefde.be

Publicaties

  • De Varé J, de Vogel V, de Decker A, Tremmery S, Uzieblo K & Cappon L. (2022). Women admitted to forensic psychiatry in Flanders (Belgium): who are they? The Journal of Forensic Practice, Vol. 24 (2) 184-198. https://doi.org/10.1108/JFP-10-2021-0053
     
  • Geusens B, Vander Beken T, Van Wallendael K & Cappon L (2024). Genderverschillen in de forensische psychiatrie: een dossierstudie in PC Sint-Jan-Baptist in Zelzate (Vlaanderen). PANOPTICON, 45(4):351–67.